Niet alleen voor vijftigplussers

26 juni 2015
Niet alleen voor vijftigplussers

Waar in beide wereldoorlogen bijna honderd soldaten waren gelegerd, heerst nu rust en gemoedelijkheid. In het historische
Fort Bakkerskil runnen Koos en Marjolein Lucas een uit de kluiten gewassen bed & breakfast met 26 bedden in zeven ruimten. Maar haast is uit den boze op het fort: het Brabants Landschap gebiedt rust. De schapen op het dak geven het goede voorbeeld.

In het noordwesten van Brabant, tussen Werkendam en Nieuwendijk, ligt Fort Bakkerskil aan een smal dijkje dat de fietsknooppunten 20 en 25 met elkaar verbindt. Sinds 2007 is het fort eigendom van het Brabants Landschap en sinds 2012 wordt het bevolkt door Koos (61) en Marjolein (55) Lucas en hun gasten. Vandaag heeft een groep oldtimers er net geluncht. Bij goed weer doen veel fietsers en wandelaars het terras aan. De kamers en appartementen zijn in de weekenden goed bezet, maar ook door de week loopt het aardig door. “We hadden vooral leeftijdgenoten verwacht, maar in de praktijk komen er ook veel gezinnen met kinderen. Daarom hebben we een paar skelters aangeschaft. Alle leeftijden zijn hier welkom,” lacht Marjolein. Vóór 2007 hadden Koos en Marjolein nooit zelfs maar overwogen om een bed & breakfast te beginnen. Ondernemend waren ze in het verleden altijd geweest met hun marktkraam met kamerplanten en workshops in woon- en tuindecoratie. Maar gasten ontvangen, daar hadden ze nog nooit aan gedacht. Totdat het Brabants Landschap hen vroeg of ze iets met een vervallen fort uit 1880 konden beginnen.

*De luiken weer open*
“Het fort moest een rustige bestemming krijgen, zoiets als een bed & breakfast,” vertelt Koos. “Het Brabants Landschap heeft in eigen kring gegadigden gezocht. Ons kenden ze van braderieën bij Fort Altena, hier vlakbij. ‘Maak maar een plan,’ zeiden ze.” Marjolein vult aan: “Op dat moment hadden we allebei een baan en ik voelde er in eerste instantie weinig voor om die zekerheid weer op te geven. Maar we werden gepakt door het pand, ook al was het in vervallen staat. Op de eerste verdieping werd het antikraak bewoond, dus daar was het schoon en droog. Maar beneden was het koud en vochtig. Je hoorde het water langs de muren stromen. Maar wij dachten: wat boven kan, moet beneden ook kunnen.”
De ramen van het fort waren nog met bakstenen dichtgemetseld, maar in de hoofden van Koos en Marjolein gingen de luiken open. Voor iedere ruimte bedachten ze een passende inrichting. Ze schetsten eenpersoonsbedden langs de muren van de kruitkamers, een luxe badkamer onder de schouw van de oude keuken, een raam met een grandioos uitzicht over de velden in Remise A en B. En waar ooit 28 soldaten zij aan zij op britsen sliepen, zagen ze al de ontbijtzaal voor zich, tevens pleisterplaats voor fietsers en wandelaars.



*Verboden de slaapzaal te sluiten*
Fort Bakkerskil is niet zomaar een fort. Samen met het nabijgelegen Fort Altena en Fort Giessen staat het als onderdeel van de Nieuwe Hollandse Waterlinie, op de nominatie voor de Werelderfgoedlijst van UNESCO. Als rijksmonument moest het zoveel mogelijk in de oorspronkelijke staat blijven of juist daarin worden teruggebracht. Dat het plan van het echtpaar Lucas praktisch ongewijzigd werd goedgekeurd, is het bewijs dat ze daarin zijn geslaagd. Zelfs de originele deuren van de kruitkamers lieten ze intact, hoewel ze van de brandweer niet meer dicht mogen. Nu voorkomt een gordijntje dat het licht van de nooduitgangwijzer slaapzaalgasten in de ogen schijnt. Ook de aardewal rondom de remises kon blijven liggen. Door binnen een muur te verwijderen, valt er nu van boven de wal daglicht naar binnen, zodat ook de ruimte op de begane grond als slaapvertrek bruikbaar is. De goedkeuring van het plan deed niet direct gejuich opgaan in huize Lucas, want vooral Marjolein voelde nog weinig voor een verhuizing naar het fort. Het kwam dan ook niet slecht uit dat het nog zo’n vijf jaar heeft geduurd voordat het bewoonbaar was. Koos: “Het fort is opgeknapt met subsidies uit alle mogelijke potjes. Het duurde wel even voordat die allemaal aangevraagd en toegewezen waren.” Vervolgens duurde de restauratie ook langer dan gepland. Het slopen van drie overbodige opslagloodsen, het indrogen van de bagger voordat die te gebruiken was om de oorspronkelijke walstructuur te herstellen, het viel allemaal tegen. Het heeft ook een half jaar geduurd voordat er een schriftelijk besluit lag dat er zwaar verkeer mocht rijden over het dijkje waar het fort aan ligt, zoals mondeling was toegezegd.

*Begroten met de natte vinger*
Gelukkig voor de B&B-houders in spé hadden ze zelf geen omkijken naar de bureaucratische rompslomp. Het Brabants Landschap had de leiding. Koos hield zijn baan bij een levensmiddelengroothandel, Marjolein verruilde haar kantoorfunctie voor een baan als chauffeur op een taxibus en het tweetal volgde de ontwikkelingen vanaf de zijlijn. Ondertussen haalde Marjolein de benodigde diploma’s, zoals bedrijfshulpverlening, sociale hygiëne en HACCP (voedselveiligheid). Het fort werd compleet gerestaureerd opgeleverd met verwarming, gietvloeren, sanitair en een vernieuwd elektriciteitsnet, hoewel nog steeds lopend via pvc-buizen want frezen in de boogmuren is uit den boze. Het inrichten van de kamers kon beginnen. Met de natte vinger had het ondernemersechtpaar daar een groot bedrag voor uitgetrokken uit de overwaarde van hun oude huis. Het bleek genoeg om onder meer boxsprings, slaapbanken, luxe bed- en badlinnen en voor iedere kamer, een tv, senseo en waterkoker van aan te schaffen. Voor iedere ruimte bedachten ze karakteristieke extraatjes, van een olielamp in de slaapzaal tot een rij wekkers boven het bed in Remise A.
Koos: “Die investering hebben we op gevoel gedaan. Het is niet uit te rekenen of je dat gaat terugverdienen. Je kunt er een onderzoeksbureau op zetten om te horen of het misschien wel of misschien niet gaat lukken, maar dat kost je een paar duizend euro en dan weet je nog niks. Je weet alleen: ondernemen is risico nemen. Dat hebben we gedaan.”
Het pand zelf is niet de zorg van de B&B-houders. Ze huren het volledige fort, inclusief hun eigen woonruimte, van het Brabants Landschap. Maar als ze er mee willen stoppen, dan moeten ze wel zelf hun opvolgers vinden, zo is contractueel vastgelegd.



*Plat gebeld*
Na herhaaldelijk uitstel kon in april 2012 eindelijk de eerste gast in het fort worden ontvangen. Marjolein had al lang van tevoren de inschrijving bij Bedandbreakfast.nl willen regelen, maar daar waarschuwde men haar dat ze zou worden plat gebeld. “Ik geloofde daar niks van, maar het is uitgekomen. De eerste gast was er al voor de officiële opening!” De eerste jaren werkte alleen Marjolein fulltime voor de B&B. Gasten waren tevreden en de boekingen vielen niet tegen, maar een volledig inkomen leverde dat nog niet op. Koos hield dan ook zijn baan aan, waarin hij aanvankelijk nog uren maakte van zes tot drie, later van zes tot één. ’s Middags werkte hij verder op het fort. Koos: “Lichamelijk was dat niet meer vol te houden. Of het financieel haalbaar was of niet, in juli vorig jaar moest ik mijn baan wel opzeggen.”

*Zendtijd bij Omroep Max*
Gelukkig braken toen voor Fort Bakkerskil de vettere jaren aan, niet in de laatste plaats door de uitzending van Omroep Max, waarin drie stellen gastheren en –vrouwen elkaars b&b beoordelen. “Al in het eerste jaar raadden gasten ons aan om ons aan te melden voor het programma Bed & Breakfast,” vertelt Marjolein. “Maar ik wilde eerst de beginnersfouten eruit halen. Het jaar daarop belde de producer ons. Ze hadden tips over ons gekregen. Ik was in het begin nog huiverig, want het kan natuurlijk ook verkeerd uitpakken. Maar eigenlijk is er in dat programma geen verliezer, want je krijgt allemaal evenveel zendtijd. Uiteindelijk werden we nog de winnaar ook. Het werd in november opgenomen en in april uitgezonden. Al die tijd mochten we niets zeggen, daar hadden we voor getekend. In april zaten we hier met vrienden en een paar gasten te kijken. De uitzending was nog maar tien minuten bezig, of het eerste mailtje kwam al binnen. De naam Bakkerskil mocht niet genoemd worden, dat werd: een fort bij Werkendam. Dat was blijkbaar genoeg om ons te kunnen vinden.” Sindsdien is de bezetting verdubbeld, schat Koos. “De meeste boekingen komen van Bedandbreakfast.nl. Gasten komen ook via onze eigen website, via mond-tot-mondreclame en soms via collega’s hier in de buurt die vol zitten. Verder staan we in het laagseizoen op Booking.com om de gaatjes te vullen. Dat werkt heel leuk – we hebben een waardering van 9,4 – maar je betaalt er een vette provisie voor.”



*Monumentencommissie*
Serieuze tegenvallers zijn er tot nu toe nog niet geweest. Ten tijde van de verbouwing waren er wel eens meningsverschillen met de architect of de uitvoerder, maar die zijn steeds met wederzijds begrip opgelost. Koos: “Ik had light tubes willen hebben in de ontbijtruimte, want die heeft nauwelijks daglicht. Dat was technisch niet mogelijk, kreeg ik te horen, omdat er drie meter aarde op het dak ligt. Dat moet je tegen mij niet zeggen, want dan ga ik oplossingen verzinnen. Uiteindelijk bleek het een geldkwestie te zijn.” Een beetje vreemd was dat de in historische panden gespecialiseerde architect geen douchewanden wilde plaatsen. “Hij vond dat er douchegordijnen moesten komen,” vertelt Marjolein. “Dat is niet meer van deze tijd, vonden wij. We hebben douchebakken laten plaatsen en er zelf douchecabines opgezet.”
Het enige minpuntje dat de monumentencommissie kon vinden, is uiteindelijk ongewijzigd doorgevoerd. “Het grote raam in Remise A mocht geen van buitenaf zichtbare kozijnen hebben, vond de monumentencommissie. Maar omdat de dames de bus moesten halen is daar niet verder over gediscussieerd. ‘Dat lossen jullie wel op,’ zeiden ze. Het kozijn is er toch gekomen. We hebben het er nooit meer over gehad,” lacht Koos.

*Tijdvretende boekingen*
Het duo werkt hard, meer dan fulltime, zeven dagen per week, en bespaart daarmee kosten. Koos: “Soms is een kamer nog niet in orde als een gast arriveert. We ontvangen mensen altijd met koffie met appelgebak. De ander heeft dan genoeg tijd om de kamer nog even bij te vullen met handdoeken en dergelijke.” Marjolein: “We hebben alleen een schoonmaakster en onze oude buurjongen helpt in de bediening als het druk is. Ik doe zelf de administratie en de boekingen, Koos de was en de strijk. De boekingen en administratie bijhouden kost me wel een paar uur per dag. Mensen vragen van alles via de mail: goede restaurants in de buurt, welke fietstochten er zijn, waar ze kunnen winkelen… Iedere vraag krijgt een antwoord.” Gevraagd naar de bezettingsgraad kijken Koos en Marjolein elkaar met opgetrokken wenkbrauwen aan. Dan antwoordt Koos: “Dat hebben we eigenlijk nooit uitgerekend. Natuurlijk runnen we een bedrijf en dan is het hoofddoel winst maken, maar het moet wel gezellig blijven. Gasten moeten met een lach de deur uitgaan. Laatst zei iemand: ‘Ik ben hier een weekend geweest, maar het lijkt wel een week.’ Dat komt door de rust, de locatie, maar ook onze gemoedelijkheid. Zo willen we het houden.”

~José Mast~

Overig nieuws